De afgelopen jaren heeft vrijwel iedereen de hype rondom de Netflix-serie Stranger Things meegekregen. Maar regisseur Charlie Kessler claimt nu dat de makers van de serie zijn idee hebben gestolen. Hij is een rechtszaak begonnen tegen makers Matt en Rose Duffer, meldt The Hollywood Reporter.
Stranger Things is een sci-fi-serie die zich afspeelt in de stad Hawkins. Een jongetje verdwijnt, waarna de stad geteisterd wordt door mysterieuze bovennatuurlijke zaken. Het verhaal speelt zich af in de jaren ’80.
Kessler claimt nu dus dat de Duffer-broers dat idee gestolen hebben. De serie zou gebaseerd zijn op een idee dat hij in 2014 op een feestje voorlegde aan de makers. Het gaat om Kesslers korte film Montauk. De werktitel van Stranger Things zou ook Montauk zijn geweest. Daarnaast zou de serie zich ook afspelen in het plaatsje met die naam, en werd dit later veranderd.
De regisseur eist dat alle materialen die volgens hem gebaseerd zijn op zijn ideeën vernietigd worden. Ook mogen die niet meer gebruikt worden voor Stranger Things. Verder wil hij een schadevergoeding.
Reactie Duffer-broers
De Duffer-broers ontkennen de aantijging. In een verklaring spreekt hun advocaat Alex Kohner de beschuldiging tegen, meldt NU.nl. “De claim van de heer Kessler is volledig waardeloos. Hij had niets te maken met het maken of de ontwikkeling van Stranger Things.”
“De gebroeders Duffer hebben zijn korte film niet gezien en hebben nooit met hem gesproken over samenwerking. Dit is gewoon een poging om misbruik te maken van andermans creativiteit en inzet.”
Netflix weigert op het nieuws te reageren.