Nu aan het lezen
Wat doen jullie tijdens je ontbijt, vroeg een vriendin in onze vrienden groepsapp. ‘Kijken jullie een serie? Welke spelletjes zijn leuk om te doen?’
De vraag lijkt raar, want eten is al een wezenlijke activiteit op zich. Toch zijn er maar weinig mensen die niet zonder een specifieke mindfulness missie in hun achterhoofd op rustig tempo slechts een kommetje yoghurt leeglepelen.
En waarom zou je? Er zijn talloze gesprekken op WhatsApp te voeren, je dagelijkse nieuwsstream te checken, een nieuwe foto te liken en bij radeloosheid minstens 5 suggesties voorgeschoteld krijgen van vrienden voor vermakelijke apps die je anders wél door de maaltijd heen sleuren.
Ondanks de vraag om méér, is er bij mij en mijn vrienden sprake van een gekke tweestrijd. Hoewel je het niet verwacht als je de ‘tabletnekken’ in een gemiddelde treincoupé aanschouwt, is er daadwerkelijk behoefte aan rust, meer ‘echt’ contact (try before you die: gewoon eens spontaan bij iemand aanbellen!) en waardevolle content te consumeren.
Ik wil gewoon weer een ouderwetse hobby, verwoordde een vriendin het ongenoegen mooi. En niet meer naar mijn laptop grijpen als ik er al een dag schermstaren op heb zitten. Zijn we dan verleerd hoe dit moet door Netflix op je mobiel, die al is opgewarmd door je continu omsluitende handen?
In de film While we’re young zijn mijn generatiegenoten niet langer gefocust op digitale vernuftigheden, en zijn het niet zíj maar een oudere generatie die hier zichtbaar moeite mee heeft.
Als een veertigerskoppel, gespeeld door Ben Stiller en Naomi Watts, een vriendschap ontwikkelt met het hippe New Yorkse stel Darby (biologisch ijsjesmaker) en Jamie (‘maker’) wordt dit pijnlijk duidelijk.
Hangend bij een platenspeler zoeken ze de naam van een vergeten liedje en roepen: Let’s Google it. Niet doen, zegt het jongste stel innig frummelend aan elkaar. ‘Laten we er gewoon over nadenken en zijn in het moment.’
Bedrijven spelen genadeloos in op de impuls om altijd ‘connected’ te zijn, waardoor de druk om te communiceren inderdaad enorm is. Ik ben daarom een beetje bang en vrees voor wat de volgende WhatsApp zal zijn. In mijn geval ‘Slack’: een messaging app voor teams met de slogan be less busy.
Efficiënter allicht, maar meer bedreigend voor je werk-privé balans dan menig andere app. De berichten over wat het doet met de toekomst van werken, dragen alleen maar bij aan dit onheilspellende gevoel waarin niet alleen spelletjes samengaan met je ontbijt, maar ook werkgerelateerde berichten waar je niet op kan wachten.
Binnenkort is er in ieder geval geen ontkomen aan. Opdrachtgevers werken er mee, en dus ook ik. Maar niet elk bedrijf gebruikt het optimaal, waarschuwen meer techbewuste en Slack-experienced vrienden. Misbruik van werknemers buiten werktijd ligt op de loer, en dat is waar het vaak aan schort.
Dit schreef ook Time een jaar geleden, toen Slack mij nog een manier leek om meer ‘cachet’ te geven aan je anders gortdroge berichten via Facebookmessenger of Skype. Een coole manier om te communiceren dus. Inmiddels vind ik het, nog voordat ik het daadwerkelijk op mijn telefoon heb gezet, al minder tof.
Slack CEO Stewart Butterfield raakte na zijn studie filosofie in Cambridge betoverd door de mogelijkheden van het internet. Samen met zijn toenmalige vrouw bedacht hij een ‘gekke en absurdistische’ video-game met een naam die in lijn is met zijn huidige paradepaardje: ‘Game Neverending’.
Toch hoeft het niet zo storm te lopen dat elk niet-werkgerelateerd moment wordt verpest door een melding van het een of het ander. Zo geeft een vriend aan op een vrije dag hooguit twee keer op zijn telefoon te kijken als er een Slackmelding komt en dit meer uit nieuwsgierigheid te doen, dan daadwerkelijk te gaan werken.
Een andere vriend omschrijft de overwerkgevaren van Slack als iets wat je zelf in de hand hebt: ‘het is als een kwast. In de goede handen maken mensen er kunstwerken mee, anders kun je er niets mee.’
De Amerikaanse technocriticus Neil Postman voelde al tijdens de millenniumwisseling een grote maatschappelijke angst voor de mogelijke gevolgen die de technologische revolutie zou voortbrengen. Het zou qua impact te vergelijken zijn met de industriële veranderingen in de voorgaande eeuwen.
Het is volgens hem echter een illusie te denken dat de technologische veranderingen van ons nieuwe millennium de verkregen elementaire wijsheden van de eeuwen daarvoor wegwuiven. Zoals het besef dat er nog iets is als een privé-leven of ouderwetse hobbies. Postman noemt dit de ‘Faustian bargain’: een revolutie geeft inderdaad mogelijkheden – maar neemt die tegelijkertijd ook af.
Ik vermoed dat het niet anders is met WhatsApp, spelletjes op mijn mobiel en binnenkort Slack. Het zal wat afnemen, maar ook geven. Het zal indringen, maar tegelijkertijd aanvullen. En zo niet, dan heb ik altijd nog een keuze enkele apps weg te gooien.
Tot het zover is, schaar ik mezelf ergens in het midden van deze uitersten. Ik begin klein, met het vinden van een echte hobby. Of tenminste mijn aandacht te vestigen daar waar het moet zijn: op werk, spelletjes, een bordje yoghurt of voor mijn part een overheerlijke boterham.
Sorry. Nog geen gegevens beschikbaar.