Nu aan het lezen
Dat er in de modewereld veel onrust gaande is, is niets nieuws. Vanwege de vele ontwikkelingen op technologisch, ideologisch en sociaal gebied komen er steeds grotere veranderingen. Naast de vernieuwde technologieën, is ook het tempo binnen de industrie moeilijk bij te houden voor consumenten én ontwerpers.
Vanwege de verschuiving van man-vrouwdefinities, het schoonheidsideaal, globalisering, duurzaamheid én het verdwijnen van seizoensgebonden collecties wordt er gezocht naar een nieuw, werkend systeem. Met de opkomst en overname van social media, meerdere óf juist minder maar gemixte collecties per jaar en topontwerpers die de druk bijna niet meer aan kunnen, is het duidelijk dat er verandering moet komen.
Zoeken dus naar een nieuw modesysteem, is dat überhaupt wel haalbaar? En is het mogelijk om nog creatief te zijn wanneer termen als sustainability, nieuwe technologieën, craftmanship, body politics, nieuwe materialen, innovatie en social design centraal zouden moeten staan in ontwerpen?
De snelheid binnen het veranderende modesysteem ligt erg hoog, misschien wel té hoog voor de hoofdontwerpers van grote labels. Feit is dat niet enkel fast-fashion ketens overproduceren, ook high-fashion maakt zich hier schuldig aan. Voor consumenten betekent dit dat het moeilijk bij te houden is, maar voor de ontwerper zelf misschien nog wel meer. Tegenreacties in de vorm van minder collecties per jaar die ook nog eens genderneutraal zijn zouden een mogelijke oplossing bieden.
Topontwerpers geven steeds vaker aan de druk niet aan te kunnen. Natuurlijk kan dit deels ook afhankelijk zijn van persoonlijke issues. Neem bijvoorbeeld de zelfmoord van Britse modeontwerper Alexander McQueen in 2010, die bekend stond om zijn controversiële, maar prachtige ontwerpen in dames- en herenkleding. Hij overleed op 11 februari 2010, op veertigjarige leeftijd als gevolg van zelfmoord onder invloed van drugs en een zware depressie. Zijn dood wordt nog altijd beschouwd als een groot verlies voor de modewereld. McQueen ontwierp voor bekendheden als Kate Moss, Sarah Jessica Parker, Victoria Beckham, Rihanna, Lady Gaga, Beyonce, Cate Blanchett, Gwyneth Paltrow en Kate Middleton.
Maar ook Jil Sander die terugkeerde naar Jil Sander, nadat ze acht jaar afwezig was. In haar afwezigheid was Raf Simons verantwoordelijk als creatief directeur van het merk. Raf Simons zelf ging weer terug naar Dior, Hedi Slimane werd de vervanger van Stefano Pilati bij YSL en Christophe Decarnin werd vervangen door Olivier Rousteing bij Balmain. Het lijkt wel een stoelendans van ontwerpers door de toegenomen werkdruk onder modeontwerpers.
De extreme werkdruk in de mode-industrie is waarschijnlijk een gevolg van de toegenomen behoefte aan nieuwe trends onder consumenten. Daarnaast leven we natuurlijk in een zeer materialistische tijd en het leven versnelt door alle digitale gemakken. Door de blijvende groei van social media en de wijze waarop marketeers hierop inspelen, wordt de vraag van de consument constant aangewakkerd. Mensen zijn nieuwsgierig naar alles wat innovatief is.
“Consumenten zijn nieuwsgierig naar meer, beter en duurzamer en willen dat steeds sneller in handen krijgen. Modehuizen kunnen niet anders dan daar in meegaan.”
Wat de industrie wil bereiken is dat de consument kritischer gaat kijken naar wat hij consumeert. Er komen steeds vaker tegenreacties en inspraak van de consument is toegankelijker dan ooit.
Zo was er lange tijd veel onduidelijkheid over de productie en oorsprong van (fast) fashion, maar daar is inmiddels veel verandering in gekomen. Transparantie is wat consumenten willen, en onvermijdelijk voor producenten om te ontwijken of oneerlijk over te zijn. Want niet alleen de consument wil helderheid en inzicht in het productieproces, ook retailers willen inzicht krijgen én kunnen geven in het proces.
Waar ontwerpers zich voorheen met name bezighielden met esthetiek, krijgen ze er nu in ieder geval heel wat taken bij om zo toekomstgericht mogelijk te werken. Zo worden ze vanuit de samenleving geacht zich te verdiepen in nieuwe technologieën, en daarnaast ook duurzaam te produceren. Waar het een decennia geleden nog mogelijk was om na een slecht ontvangen collectie er even tussenuit te gaan om inspiratie op te doen voor een nieuwe collectie, moeten nu na de ene show de schetsen voor de volgende show eigenlijk al klaar liggen.
Italiaanse ontwerper Stefano Pilati gaf al eerder aan dat zijn baan niet zo glamorous is als iedereen lijkt te denken.
“Ik ben in principe 24 uur per dag bezig met mijn werk. Elke twee maanden moet er een collectie gemaakt worden. Je moet bijna meer atleet zijn dan rockster, want je moet super fit zijn dit tempo bij te houden. Vandaag de dag is fashion design bijna een echte kantoorbaan die ver buiten de normale perken gaat van hoeveel tijd iemand maximaal zou moeten besteden aan werk.”
Natuurlijk ligt de verantwoordelijkheid ook bij ontwerpers zelf. De situatie is weliswaar afhankelijk van het modehuis zelf, maar het zijn de ontwerpers die een bewuste keuze moeten maken. Willen ze inspelen op de social media trend of juist niet, zoals Burberry en Tommy Hilfiger die onlangs radicale stappen ondernamen omtrent de inzet van social media tijdens hun modeshows.
Maar uiteindelijk ligt de toekomst van fashion designers nog altijd in handen van de consument en de miljardenbedrijven achter de modehuizen. Het is niet gemakkelijk om tegen de stroming in te gaan, maar een groeiende antithese onder ontwerpers is al gaande. Want als duurzaamheid is wat we willen, moeten we ons op kwaliteit focussen, in plaats van kwantiteit.
Sorry. Nog geen gegevens beschikbaar.