Nu aan het lezen
Als er één sector is waarin de laatste tijd ongelofelijk veel wordt gepraat over diversiteit dan is technologie. De grote Amerikaanse techbedrijven uit Silicon Valley hebben namelijk een ongelofelijk klein aandeel vrouwen, nog los van de ondervertegenwoordiging van bijvoorbeeld etnische minderheden. Tracy Chou probeert daar iets aan te doen. Ze sprak gisteren op het technologiefestival SXSW in Austin, Texas over het probleem.
Chou werkt als software-ontwikkelaar bij Pinterest, maar het was eigenlijk nooit haar bedoeling om te gaan programmeren. Ze studeerde aan Stanford, dé universiteit waar heel veel talent uit de techwereld studeert, en wilde werken in een beroep dat gelieerd was aan technologie, maar niet in een techfunctie.
Ze volgde desondanks een aantal programmeervakken aan Stanford, maar voelde zich daar een beetje buitengesloten. “Alle mannen om me heen leken zoveel meer ervaring te hebben.” Toen ze haar CV aan Facebook had gegeven in de hoop dat ze daar stage kon lopen in een andere functie, werd ze benaderd voor een stage als programmeur. “Het was een leuke stage, maar daarna was ik nog steeds niet overtuigd dat ik software-ontwikkelaar wilde worden.”
Uiteindelijk werd ze het wel. En de volgende stap was dat ze activistisch werd op het gebied van de het gebrek aan diversiteit bij de techbedrijven. Ook dat was niet gepland. “Ik was helemaal niet iemand die altijd al opkwam voor de rechten van vrouwen, maar bij Quora (een site waar je vragen kunt stellen en beantwoorden over zo goed als alles), waar ik terecht kwam, waren we met een klein team. Iedereen die er werkte ging op de site vragen beantwoorden in vakgebieden waar ze veel van af wisten. In mijn geval werd dat de rol van vrouwen in tech.”
“Zo’n 2,5 jaar geleden schreef ik een stuk op het blogplatform Medium: Where are the numbers? Er werd namelijk veel gesproken over vrouwen in de techindustrie, maar er was eigenlijk maar heel weinig data”, vertelt ze. De posts maakte heel veel reacties los en nog belangrijker: ze gingen cijfers delen.
Google was het eerste bedrijf dat in mei 2014 een zogenaamd diversiteitsrapport publiceerde en daarna volgde heel veel andere Amerikaanse techbedrijven. “Zelfs Obama ging erover praten”, vertelt Chou.
Dankzij die rapporten kan ze nu in haar presentaties en interviews die ze geeft keiharde cijfers laten aanhalen. En die zijn niet positief. Bij Facebook is slechts 16 procent van de werknemers in een technische rol vrouw, voor Yahoo geldt hetzelfde. Google doet het met 18 procent eigenlijk niet veel beter en ook bij Apple is slechts 21 procent van de techies vrouw. Of het bij Pinterest, waar Chou zelf werkt veel beter is? Nee, ook daar staat de teller op 21 procent.
Het is een probleem dat niet zomaar op te lossen is. De basis van het probleem zit hem namelijk in het feit dat er gewoon weinig vrouwen zijn die kunnen programmeren. En da’s best opmerkelijk volgens Chou. “De eerste programmeur was een vrouw. Veel vroege programmeertalen werden bedacht door vrouwen. En zelfs de term software-ontwikkelaar is bedacht door een vrouw”, vertelt ze.
Het ging eigenlijk mis in de jaren ’80. “Toen de personal computer huizen in kwam werd dat neergezet als iets voor jongens. En ook gaming is steeds mannelijker geworden. De eerste games waren eigenlijk vrij genderneutraal. Denk aan Space Invaders en Pacman. Begin jaren ’90 werden games plots steeds meer in de markt gezet als iets voor jongens. Zowel qua opzet van de games, als qua marketing. Het beeld van de nerdjongen werd toen geschapen. En dat zie je nu nog steeds in bijvoorbeeld een film als The Social Network.”
Een ander probleem ontstond begin deze eeuw op universiteiten. Het aantal studenten dat informatica wilde studeren groeide plots hard en universiteiten konden die groei niet bijbenen. Daarom kwam er selectie aan de deur, onder meer door middel van toelatingsexamens. “Vrouwen vielen hierbij vaker buiten de boot, doordat ze voor ze gingen studeren nog niet veel ervaring hadden opgedaan om het gebied van programmeren.”
En als vrouwen uiteindelijk informatica gaan studeren en bijvoorbeeld programmeer aan de slag gaan, haken ze uiteindelijk toch weer af. “Het dubbele aantal vrouwen verlaat de techindustrie in de eerste tien jaar van hun carriere, in vergelijking met mannen. Dat komt doordat ze niet goed begeleid en ondersteund worden, maar ook omdat ze te weinig kansen krijgen om carriere te maken.” Het is gewoon moeilijk voor vrouwen om te overleven in deze wereld en de bewuste en onbewuste discriminatie zorgen voor iets wat ook wel ‘death by a thousand cuts’ wordt genoemd.
De conclusie is dus dat het een ongelofelijk complex probleem is, waarin allerlei factoren meespelen die je ook niet van de ene op de andere dag kunt verhelpen. En dan kun je je op een gegeven moment de vraag gaan stellen hoe belangrijk het is om het probleem überhaupt op te lossen. Is niet enkel een probleem omdat de situatie vanuit maatschappelijk oogpunt onwenselijk is? Nee, volgens Chou.
“Het is belangrijk om een industrie te bouwen met mensen van alle achtergronden” legt ze uit. “Teams met leden van diverse achtergronden zorgen uiteindelijk voor meer creativiteit, innovatie en misschien nog wel het belangrijkste: ze leveren meer geld op.”
“Daarnaast is het belangrijk dat je bij het bouwen van producten en diensten zorgt dat je gebruikers vertegenwoordigd zijn, anders worden er fouten gemaakt. Er zijn genoeg voorbeelden waarbij er geen rekening is gehouden met de wensen en behoeften van vrouwen, doordat geen vrouw betrokken was bij het maakproces, zelfs bij grote bedrijven als Apple.”
En de laatste reden die ze aandraagt is misschien nog de wel de meest voor de hand liggende: er is te weinig talent in de techindustrie voor het aantal banen, dus je hebt gewoon talentvolle vrouwen nodig. “In 2020 komen we een miljoen ontwikkelaars te kort om alle banen op te vullen.”
Genoeg redenen dus om het probleem aan te pakken, maar hoe dan? Met het publiceren van de cijfers en mensen ervan overtuigen dat het belangrijk is, ben je er nog niet. “Het begint met de goede mindset bij bedrijven: ze moeten gaan zien dat diversiteit een strategisch voordeel is.”
En vervolgens is de redering volgen Chou eigenlijk heel simpel: “Je moet als bedrijf dit probleem aanpakken zoals je elke technologische probleem ook aanpakt.” Dat wil zeggen: meten, doelen stellen en vooral experimenteren.
“Pinterest is heel open over doelen en hoe het gaat met het behalen hiervan. Dat zorgt er voor dat er meer moeite wordt gedaan om het doel te bereiken. We weten verder ook niet hoe we het probleem kunnen oplossen, dus proberen dingen uit. We moeten blijven leren en doorgaan”, zegt ze. Vervolgens haalt ze een voorbeeld aan van hoe ze binnen het bedrijf meisjes uit coding bootcamps uit bedrijf inhalen en ze een jaar lang coachen.
En tot slot benadrukt ze voor een zaal vol met mensen uit de techwereld dat iedereen wat kan doen. “Het verschilt per persoon, maar van mensen op de werkvloer tot investeerders, iedereen kan wat doen”, zegt ze. “En misschien wel het belangrijkste oprichters van bedrijven moeten het niet uitbesteden aan hun HR-afdeling; ze moeten zelf de prioriteiten stellen.”
Sorry. Nog geen gegevens beschikbaar.