Nu aan het lezen
Ik wil dit jaar minder uitstellen. Eerder aan taken beginnen die ik voor mij uitschuif en mijn takenlijst niet bewaren tot het echt-niet-langer-kan. Is dit hoe jouw goede voornemen eruit ziet? Dan heb je vast nog niet kennisgemaakt met strategisch uitstellen.
Het is de term die de gelauwerde organisatiepsycholoog Adam Grant (36) aanhaalt in zijn boek Originals. Niet hij maar de Russische psychologe Bluma Zeigarnik (1900-1988) is bedenker van de term die verwijst naar het feit dat onafgemaakte (onderbroken) taken beter onthouden worden dan voltooide taken: het Zeigarnik-effect.
Vertaald in het Nederlands als ‘Het Kan Ook Anders’ pleit de auteur en hoogleraar in zijn bestseller voor een wijziging in ons denken: de echte pioniers van deze wereld zijn niet degene die bij het krieken van de dag ergens mee beginnen, het zijn de mensen die weten wanneer je het best actie kunt ondernemen om een origineel idee uit te voeren.
Grant is zelf allesbehalve een notoir uitsteller: in deze TED-talk doet de voormalig goochelaar (tot zijn 29e!) uit de doeken hoe hij tot voor kort trots was op zijn prestatie alles voor de deadline af te hebben. Zijn thesis die hij dertig dagen voor de due date afrondde maar ook het onder de knie krijgen van een nieuw Nintendo-spelletje waar hij als kind voor dag en dauw zijn bedje uit kwam.
Als je iets wilt bereiken of een complex probleem wilt kraken, heb je de tijd hard nodig klinkt de logica in onze prestatiecultuur. Je kan daarom niet vroeg genoeg ergens mee beginnen. Grant pleit met het Zeigarnik-effect echter voor een andere benadering van tijd: benut hem niet door direct aan de slag te gaan en daarmee een zogenaamde voorsprong te hebben op de rest, maar neem de tijd om ideeën en werken te laten rusten en keer er dan weer op terug.
Om te illustreren hoe dit je voordeel kan opleveren, haalt Grant wat prominente figuren aan uit de geschiedenis. Wat dacht je van Martin Luther King die in 1963 zijn beroemde March on Washington for Jobs and Freedom afsloot met een memorabele speech.
Tot vier dagen voor de beroemde speech had Luther King nog geen woord op papier gezet. Omdat iedere spreker in principe vijf minuten zou krijgen, moest hij zijn woorden zorgvuldig kiezen. Op zijn schouders lag druk. Voorgangers van dezelfde speech waren niet de minsten: Benjamin Franklin en Henry David Oreau.
In tegenstelling tot wat je nu denkt, was King niet Lui, hij had zelfs al weken aan het stuk gewerkt. Gepraat met adviseurs, zich ingelezen maar tot op de avond voor de historische dag, de boel nog niet afgerond. In plaats van als een malle te beginnen te pennen zodra Luther King twee maanden eerder de opdracht kreeg, nam hij gewoon zijn tijd.
De wetenschap onderschrijft deze methode: wanneer je een klus voor je uitschuift, geef je jezelf de tijd geeft om divergent na te denken in plaats van een bepaald idee al bij voorbaat af te schieten. Daardoor neem je een breder scala aan originele concepten in overweging en kies je uiteindelijk vaker voor een vernieuwende richting.
Uitstelgedrag zou met name bevorderlijk kunnen zijn voor creativiteit als je daardoor een probleem oplost op het moment dat je er niet geconcentreerd mee bezig bent. Kortom, schrijft Grant, als je klaarwakker bent en de druk voelt om een creatieve prestatie neer te zetten, is het misschien verstandiger om de klus juist uit te stellen tot je ietsje minder alert bent. Daarnaast heeft uitstellen nog een voordeel: het houdt de deur open voor improvisatie.
De beroemde woorden I Have A Dream, zoals gezegd door Martin Luther King, werden namelijk niet nauwkeurig daarvoor bedacht en opgeschreven: het waren historische én geïmproviseerde woorden. Terwijl King op weg was naar het podium voor zijn toespraak, en zélfs tijdens die laatste stappen naar de microfoon, was hij nog bezig met het reviseren van zijn tekst.
Werken in bits and pieces komt alles ten goede, laat Grant laat tijdens zijn talk zien in een parabel. Maar: chronisch werk uitstellen staat niet gelijk aan succes, het gaat om het evenwicht tussen nooit beginnen aan die taak waar je eigenlijk als een berg tegenop zit en alles als eerste afhebben. Versloffen versus snelheidswerken en een hol gevoel tegenover vermoeidheid.
Grants theorie – en die van Zeigarnik – staat haaks tegenover het advies van productiviteitsexperts. Zij pleiten voor diep werken – in een flow raken, je niet laten afleiden. Maar er is een ander alternatief: gespreid werken.
Kort gezegd bouwt je je tijd op zo’n manier in dat je er later op terug kan komen. Dat kan in grote projecten (elke maandag van de maand keer je terug naar dat lastige vraagstuk) maar ook in microvorm: opstaan, de benen streken en je koffiebeker bijvullen waarbij niet een koekje maar een spontane ingeving je vergezeld tijdens je werk na die pauze.
Break a leg. Maar dan wel één been per keer.
Sorry. Nog geen gegevens beschikbaar.