Schaatskoorts: Haal je herinneringen maar alvast uit het vet

Nu aan het lezen

Schaatskoorts: Haal je herinneringen maar alvast uit het vet

Schaatskoorts: Haal je herinneringen maar alvast uit het vet

Brace yourselves: de winter komt er volgende week écht aan. Schaatsen is dan zeker mogelijk, koppen de kranten. Maar in het debat wel of niet schaatsen is het niet alleen de natuur die er toe doet.

Hit twee in onze bekendste zoekmachine is de ultieme vraag die ik altijd stel zodra het kwik daalt. Waarom zijn we zo stapelgek op schaatsen en hopen we elk jaar weer dat het net zo koud wordt als in 1997, het jaar waarin de laatste Elfstedentocht werd gereden?

De week voorafgaand aan voorspelde vorst maakt namelijk een collectieve gekte van ons meester. Heuse schaatskoorts: hoop afgewisseld met wanhoop zoals we het alleen maar zien bij a. voetbal en b. carnaval.

Wie niet onder de rivieren is geboren, zou in het schaatsen inderdaad een equivalent vinden, oppert Vigor Clius, een Vlaamse historicus: op het ijs zouden calvinisten loskomen van religieuze wetten en regels, zoals de katholieken van oudsher dat doen door drie dagen lang de kroegen te bevolken in boerenkiel en doordrenkt biershirt.

Sport

Niks van dat alles, schrijft sporthistoricus Max Dohle, initiatiefnemer van literair tijdschrift Zwart IJs. Logischerwijs bepaalt de geografie welke sport we beoefenen. En natuurijs ligt nu eenmaal vooral in ‘calvinistisch’ gebied, waar ook schaatsprovincie Friesland deel van uit maakt.

Wildernis

Van oudsher is schaatsen dus een ‘dingetje’. In 1998 schrijft de Britse krant The Independent al over het feit dat schaatsen zoveel meer is dan een typisch Nederlandse sport. “Het onderschrijft de geschiedenis, kunst en cultuur van de Nederlanden”, schrijft de auteur die eens per jaar door een Nederlandse kennis wordt opgebeld zodra er kans is op goed schaatsijs.

Een ‘good freeze’ voorziet ons volkje van de enige kans om de wildernis van ons eigen landschap te verkennen. Immers, de talloze rivieren, kanalen, polders en meren zijn alleen bij vrieskou toegankelijk.

Het is inderdaad zo dat naast zwemmen of varen, alleen schaatsen ons zo dicht bij de natuur laat komen. Volgens ijsliefhebber Max Dohle geeft een paar schaatsen je vleugels. “Je komt bijna los van de aarde, nog slechts 3 millimeter verbonden met de wereld.”

“Wij eisen ijs”

En zo geschiedde. Bij het eerste voorzichtige ijs, eisen Nederlanders – volgens The Independent doorgaans een ‘ijverig en verantwoordelijk volk’ – ijsvrij en verlaten we massaal onze banen en scholen. Met schoolkinderen vooraan.

Iedereen schaatst, meent de Britse krant. En hoewel er maar weinig mensen zijn die de daad zelf als vervelend ervaren – hoe romantisch wil je het hebben, hand in hand schuifelend met je lover? – zijn er hordes mensen die het kijken, vermijden.

Een bloedhekel, spuwen mijn vriendinnen zodra ik erover begin. Tot de mooie verhalen loskomen: ouders die het altijd kijken, een bloedfanatieke zus. En hé, het is stiekem ook wel gezellig: op de bank met een warme kop choco kijken naar mensen zich uit de naad sporten.

Eerlijke sport

Ik vind het vooral een erg eerlijke sport, zegt schaatsfan Eveline Meijer, die al van kinds af aan mee keek met haar bloedfanatieke moeder. “Je bent volledig toegeworpen op jezelf: het enige dat telt zijn je eigen prestaties. De snelheid is geweldig. Ik bedoel, met 50 km/u over het ijs racen, dat is toch prachtig om te zien?”

Over de notoire saamhorigheid is iedereen te spreken.”De onderlinge strijd bij schaatsers is geweldig. Dat merk je aan van de kleine dingen zoals Sven Kramer die een aantal jaren terug in een strijd met Hedrick even achterom keek en vervolgens met gemak versnelde. Prachtig! En het feit dat de sfeer gemoedelijk is vind ik mooi. Je strijdt tegen elkaar, maar vrijwel alle schaatsers zijn vrienden of in ieder geval sportief tegen elkaar.”

Krokodillentranen

Het beste antwoord op de vraag waarom we schaatsen is dus: we schaatsen omdat het kan. Omdat het verbroedert. Op het ijs als je een voorzichtige amateur bent, naast het ijs omdat je moeders moeder het al keek.

En ook dit jaar, omdat hopen op ijs misschien wel een van de meest kinderlijke gevoelens is die je als volwassene zult krijgen. Krokodillentranen als het vroegtijdig dooit, maar de grootste glimlach ever zodra de meetlat in je nabijgelegen meertje 5 tot 7 centimeter aangeeft.

Het weerbericht van Marc Putto voor komende week is geruststellend: “Op dit moment verwacht ik dat men rond vrijdag 20 januari op natuurijs kan schaatsen in een flink deel van Nederland.” Schaatsen dus, voor iedereen.

Freelance journalist Nina (23) schrijft over generatieperikelen, balans en ondernemingsdrift in de hoop herkenning te bieden (en er zelf iets van op te steken).

Meld je aan voor de nieuwsbrief.