Nu aan het lezen
Vandaag is het Nationale Dodenherdenking, de dag waarop we jaarlijks om 20.00 uur ’s avonds twee minuten stilstaan bij de Nederlandse slachtoffers die gesneuveld zijn tijdens de Tweede Wereldoorlog, en oorlogssituaties en vredesmissies nadien.
De oorspronkelijke opzet van de Nationale Dodenherdenking was om uitsluitend de Nederlandse slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog te herdenken, maar sinds 1961 is hier verandering in gekomen. Tegenwoordig wordt officieel een ruimere definitie gehanteerd waarbij alle oorlogsslachtoffers die zijn omgekomen sinds het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog herdacht worden. Een dag later, op 5 mei, vieren we de vrijheid die we hebben herkregen na de bevrijding van de Duitse bezetting.
Het officiële gedenkschrift voor 4 mei luidt:
Tijdens de Nationale Herdenking herdenken wij allen – burgers en militairen – die in het Koninkrijk der Nederlanden of waar ook ter wereld zijn omgekomen of vermoord sinds het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog, in oorlogssituaties en bij vredesoperaties.
Tegenwoordig komen steeds meer mensen in opspraak over de invulling van de Nationale Dodenherdenking. Met name jongeren worden kritischer over de invulling van de Dodenherdenking. De 4-meiherdenking zou in de huidige vorm ‘eurocentrisch’ zijn en enkel en alleen oog hebben voor de ‘witte geschiedenis’.
Afgelopen weekend zetten vijf actievoerders tegelijkertijd een boodschap online. De initiatiefnemers plaatsten een foto van zichzelf online waarop ze een A4’tje vasthouden met daarop de tekst “Geen 4 mei voor mij” en introduceerden bij de post de hashtag #geen4meivoormij. Weliswaar ontstond er al gauw ophef en stroomden de negatieve reacties binnen. Respectloos, was het in veler ogen.
In de ogen van de vijf jongeren zou Dodenherdenking echter ‘hypocriet’ en ‘achterhaald’ zijn, zeker in tijden van moslimhaat, zo schreef De Volkskrant. Eén van de deelnemers, de Javaans-Surinaamse Christa Noëlla, vindt bijvoorbeeld dat ook haar ouders herdacht zouden moeten worden. Als tegenreactie op de post verschenen op Twitter en Facebook al gauw foto’s van jongeren met eenzelfde A4’tje in hun hand, maar dan met de hashtag #wel4meivoormij.
#geen4meivoormij read more:https://t.co/EFO6hJtdYC pic.twitter.com/5KqDTNeC7O
— Christa (@chnoella) 30 april 2016
Jan van Kooten, directeur van het Nationaal Comité 4 en 5 mei licht in het artikel in de Volkskrant toe dat er ieder jaar weer wordt opgeroepen door jongeren om meer aandacht te besteden aan slachtoffers van oorlogsgeweld wereldwijd. Hij is zelf van mening dat de herdenking in het teken van de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog moet blijven staan. “Op de overige 364 dagen, of eigenlijk 365 dagen minus de twee minuten, kunnen we stilstaan bij de andere kwesties,” laat hij weten. Ook vindt hij dat er op de dag van de vrijheid, 5 mei, ruimte is om stil te staan bij vluchtelingen en oorlogen wereldwijd.
Eigenlijk is er vanaf de eerste Dodenherdenking al heibel over de invulling ervan. Want wie of wat herdenken we nou eigenlijk?
Omdat iedereen op zijn eigen manier herdenkt en dit per generatie verschilt, is er al veel veranderd sinds de eerste Dodenherdenking. Zo was er in de jaren vijftig veel opspraak door Indië-veteranen die zich inzetten voor de herdenking van oorlogsslachtoffers tijdens de dekolonisatie-oorlog.
Daarnaast werden er vaak alternatieve herdenkingen georganiseerd, bijvoorbeeld in studentensteden. Jongeren waren het vaker niet eens met de groep die herdacht werd, zij vonden dat er meer slachtoffers herdacht zouden moeten worden. Zo werd er vorig jaar nog gepleit om de omgekomen Duitsers tijdens de Tweede Wereldoorlog te herdenken op 4 mei.
Na veel aanpassingen door de jaren heen is de huidige uitkomst dat op 4 mei de slachtoffers worden herdacht, en niet de daders. En daarbij horen ook de Nederlandse slachtoffers die vielen in de onafhankelijkheidsstrijd in Indonesië, Korea en oorlogen en vredesmissies waar Nederlandse soldaten bij betrokken waren.
Dat met name jongeren en allochtonen moeite hebben met de huidige invulling van de herdenking, is eigenlijk niet eens zo verbazingwekkend. Ze hebben bijvoorbeeld minder met de Tweede Wereldoorlog dan de situatie in conflictgebieden in het land van herkomst, of ze hebben de familiegeschiedenis niet.
Ook wordt de huidige herdenking van Joodse slachtoffers die zijn gevallen tijdens de Tweede Wereldoorlog vaak nog niet los gezien van de huidige situatie in Israël. Vaak vinden ze alle ontberingen die plaats gevonden hebben wel net zo erg, alleen voelen ze zich er minder bij betrokken omdat ‘hun’ oorlogsslachtoffers niet herdacht worden op 4 mei.
Maar, Dodenherdenking blijft een centraal, Nederlands verhaal. Hoewel er steeds minder mensen de oorlog direct hebben meegemaakt en het lastiger wordt om jongeren te blijven betrekken, staat het belang van de herdenking nog altijd voorop.
Vrijheid is iets wat iedereen aangaat en een onderwerp waarvan geen enkel individu zich buitengesloten voelt. We kennen allemaal het belang en de noodzaak van vrijheid, zeker wanneer die niet vanzelfsprekend is.
En hoewel feestvieren de dag na 4 mei jarenlang óók een topic van controversie was, is daar nu wel verandering in gekomen. Niet voor niets vieren we de dag van de vrijheid zo uitgebreid in ons kleine multi-culti landje. Want waar verzoening op 4 mei misschien even niet centraal staat, is dat tijdens de dag die er op volgt juist waar het om draait.
Sorry. Nog geen gegevens beschikbaar.